"Weldadig rondje" langs de koloniën op de fiets

20 oktober 2021 - Steenwijk, Nederland

Als we wakker worden is het windstil en bewolkt. Helaas is de verwachting dat er vandaag toch wel behoorlijk wat regen gaat vallen. We gaan eerst maar ontbijten en beslissen dan daarna of we gaan fietsen of niet.

Na het ontbijt blijkt dat het tot 9.30 uur droog zal blijven, tenminste dat hopen we, en dat de regen na ongeveer drie uur weer wegtrekt. We worden om 9.45 uur verwacht in museum "De Proefkolonie" in Frederiksoord dus we besluiten om 9.00 uur te vertrekken. Het is ongeveer een half uur fietsen dus we hopen dat we droog over komen. Dat lukt gelukkig want net voordat we er aan komen begint het een beetje te regenen.

In "De Proefkolonie" ga je 200 jaar terug in de tijd en beleef je het verhaal van Johannes van den Bosch en de eerste kolonisten (paupers & pioniers) die in de Vrije Koloniën van Weldadigheid een nieuwe toekomst vonden.
In de grote steden heerst heel veel armoede, mensen hebben geen werk en zijn dus afhankelijk van bedelen. Johannes van den Bosch is enkele jaren in Indonesië geweest en verbaast zich hierover. Hij bedenkt een geweldig plan. Geef arme mensen een huisje, kleding en voeding en laat ze daarvoor werken op het platteland van Drenthe. Hij sticht de "Maatschappij  van Weldadigheid" en weet daarvoor ruim 50.000 mensen lid te maken, die allemaal elke week 5 cent hiervoor betalen.

Als eerste wordt de proefkolonie "Frederiksoord" opgericht. Op deze plek in Zuidwest-Drenthe staan 52 boerderijtjes klaar om de arme stedelingen te ontvangen. Hier kunnen ze op werk en onderdak rekenen. De kinderen gaan er verplicht naar school en er is een eigen ziekenfonds. Er komen kerken, winkels, scholen en zelfs rustoorden. Met deze sociale voorzieningen loopt de Maatschappij van Weldadigheid 80 jaar vooruit op de rest van Nederland en wordt daarmee beschouwd als de bakermat van onze verzorgingsstaat. Later volgen ook Willemsoord en Boschoord.

Het is hard werken voor de mensen, want het zijn geen landbouwers. De een is schilder, de ander wever of bakkersknecht of zo. Het is dus moeilijk om te voldoen aan de eisen van de Maatschappij. De kinderen moeten verplicht naar school en iedereen is verzekerd tegen ziekte. Voor toen allemaal heel bijzonder, dat was echt ongekend.
De waarde van het huis en de kleding moest later terugverdiend worden. De meesten lukte dat in ongeveer 20 jaar maar er waren ook mensen, die dat niet haalden. Dan duurde het langer en soms ook werd men wel weggestuurd, terug naar de armoede in de stad.

De ontwikkeling ging steeds verder, er kwam een verzorgingshuis voor 8 ouderen echtparen en later ook een groot huis voor alleenstaande ouderen. Er kwamen ook kerken.

Nu zijn er nog heel veel arbeiderswoningen te zien en er worden ook veel nieuwe huizen gebouwd. Het is leuk om te zien dat de nieuwe huizen in de stijl van de oude arbeiderswoningen gebouwd worden. Toch heel mooi dat er zoveel bewaard is gebleven.

Een van de opmerkelijkste dingen, die ik vandaag gezien heb in het museum betreft de mest. Het land in Drenthe is niet echt geschikt voor veel gewassen want het is erg zanderig. Daarom moet er veel gemest worden en in eerste instantie wordt die mest ingekocht. Dat kost veel geld en daarom moeten de bewoners hun eigen mest verzamelen. Als dat niet genoeg oplevert dan wordt men daarvoor gestraft.

We drinken nog een kop koffie in het museum en gaan dan op de fiets het "Weldadig Rondje" doen. Het is nog steeds bewolkt maar droog en het waait behoorlijk. Het is een leuke fietstocht langs al die oude gebouwen. Helaas worden we toch nog overvallen door een bui dus we trekken ons regenpak aan. Maar gelukkig duurt de bui niet zo lang en doen we de regenbroek weer uit. We hebben hem ook niet meer nodig vandaag.

In Noordwolde, jawel in Friesland, lunchen we bij "Tramhalte Plein". Dit gebouw was vroeger een van de tramhaltes van de tramlijn en is mooi verbouwd tot horeca gelegenheid. Daarachter zien we het "Nationaal Vlechtmuseum" en na de lunch gaan we daar naar toe. Het museum is in de oude "Rijksrietvlechtschool", de enige van zijn soort in Nederland.
Het vertelt het bijzondere en unieke verhaal van het vlechten in Noordwolde en omstreken in de Rijksrietvlechtschool, een rijksmonument met een bijzondere sfeer.
Naast aandacht voor het verleden komen moderne vormgevers aan bod, zoals Dirk van Sliedregt, Jan des Bouvrie en Marcel Wanders. Ook de stoel van Rik Felderhof staat hier. Zelfs de industriële toepassingen van het vlechten worden niet vergeten..

Deze zomer is er bovendien de speciale expositie ‘Rotan: van de wieg tot het graf’, waarin de ontwikkeling van wiegen door de eeuwen heen te zien is. Ook is er aandacht voor grafkisten van gevlochten materiaal en er staat een hele mooie grafkist van riet. Er worden ook demonstraties gegeven en je kunt allerlei gevlochten materialen kopen.

Hierna gaan we verder maar op een gegeven moment komen we bij een omleiding voorde fietsen. Daardoor komen we bij ons hotel langs en we besluiten om er meteen maar toe te gaan. Daarna gaan we met de auto wat boodschappen doen en hebben we een rustige avond. Zelfs de zon gaat nog even schijnen.

Foto’s

2 Reacties

  1. Johan van Aken:
    21 oktober 2021
    Mooi die musea en weer een lang verslag. Dank je.😎
  2. Paula:
    21 oktober 2021
    Weer zo een bijzonder verhaal. En ondanks de regen hebben jullie weer veel cultuur opgesnoven. Dankjewel nog één dagje jongens hoop dat het een beetje droog blijft. Groetjes en tot later.